Het is weer de tijd van het jaar. De dagen worden langer. De goesting om uren in de schaduw te lummelen zonder enig doel is prominent aanwezig. De barbecue-geuren zijn van heinde en ver te besnuiven. Alles begint weer te groeien en te bloeien. Het leven voelt weer als LEVEN. Zo zit het toch voor mij, een zomerkind bij uitstek.
Helaas, die langer wordende dagen kondigen ook eindexamens aan. En laat nu net dit evenement op iets minder enthousiasme rekenen. Dit jaar ben ik – zoals eerder te lezen was – nog eens van de partij. De esthetica, de filosofie van de schoonheid, probeer ik dezer dagen in mijn drukbezette brein te proppen. Het verstand en de rede, de schoonheid en het verhevene, godsbewijzen, Geist, Wil, Kant, Hegel, Schopenhauer … alle filosofische theorieën met bijhorende filosofen passeren de revue. En net als ik denk dat ik eindelijk begrijp wat ze nu precies bedoelen, lees ik ergens één woord dat ervoor zorgt dat het zorgvuldig opgebouwde begrip als een kaartenhuisje in elkaar stort.
Toch is de prof in zijn opzet geslaagd. Ik doe niet anders meer dan nadenken over kunst. Over precies tien dagen mag ik mijn inzichten declameren. Laat ons hopen dat het een dag vol verhevenheid betreft.
Tot gauw.
Veel liefs.
GewoonElke